Jaargang 9
Nummer 4 - april 2011
Fred de Vries - auteur

Wij zijn ons brein

Van het boek 'Wij zijn ons brein' van professor Dick Swaab (1944) zijn ondertussen al meer dan 100,000 exemplaren verkocht. Tot enige verwondering van de schrijver zelf. Swaab is hoogleraar in de neurobiologie.

Swaab is na jarenlang onderzoek tot de conclusie gekomen dat ons karakter al vast ligt in ons brein op het moment dat we geboren worden. Daar kunnen we, ondanks al goede voornemens ten spijt, zelf maar weinig meer aan veranderen. Je bent dus wie je bent en niet degene die je misschien graag wilt zijn.

Een onderzoek van Swaab toonde bijvoorbeeld ook aan dat homoseksuelen een iets andere hersenstructuur hebben dan heteroseksuelen. Op zich is dat geen enkele probleem, zo zou je denken, omdat dit gegeven bewees dat het geen modieuze keuze is om homoseksueel te worden, maar iets dat vast ligt in je karakter. Velen begrepen echter niets van het gedrag van de hersenen en geloofden dat Swaab had bewezen dat homoseksualiteit een hersenziekte was. Het gevolg was dat Swaab jarenlang bedreigd werd door onbekenden.

Ons karakter wordt dus gevormd in de baarmoeder en vlak na de geboorte. Het is een mix van genen van beide ouders en de manier waarop het kind leeft in de baarmoeder. Het blijkt dus van uitzonderlijk belang dat het milieu in de baarmoeder zo optimaal mogelijk is. Dat milieu kan sterk verstoord raken doordat de moeder rookt, alcohol drinkt of medicijnen gebruikt. Het is volgens Swaab ongelofelijk dat nog steeds zo'n acht procent van de vrouwen blijft roken tijdens de zwangerschap. Zoals al is gezegd heeft de omgeving in het latere leven maar nauwelijks invloed op dit in de baarmoeder gevormde karakter.

Vroeger werd gedacht dat een moeilijke baring allerlei hersenproblemen tot gevolg kon hebben. Tegenwoordig is duidelijk dat het juist andersom is. Zuurstoftekorten rond de geboorte blijkt slechts in zes procent van de op tijd geboren kinderen met spasticiteit en bij één procent van de kinderen met een geestelijke achterstand de oorzaak van hun hersenziekte te zijn. Al lang voor de geboorte zijn deze kinderen in de problemen, zoals blijkt uit hun groeivertragingen en verminderde bewegingen in de baarmoeder.

Een moeilijke baring of een baring die te vroeg of te laat optreedt, is nogal eens het gevolg van een probleem in de baarmoeder. Ook die hersenontwikkelingsstoornis kan berusten op een genetische stoornis, zuurstoftekort in de baarmoeder, infecties, blootstelling aan medicatie of verslavende stoffen die de vrouw gebruikt.

Roken
Swaab vindt het beangstigend wat een kind later allemaal kan overkomen als de moeder rookt tijdens de zwangerschap. Roken blijkt namelijk de meest voorkomende oorzaak van sterfte van het kind rond de geboorte. Het verdubbelt de kans op wiegedood.




Handboek PDD-NOS Column: april 2011

Een moeder die rookt verhoogt verder de kans op vroeggeboorte, verlaagt het geboortegewicht, remt de hersenontwikkeling van het kind, verstoort zijn slaappatronen, verhoogt later de kans op vetzucht, verlaagt zijn schoolprestaties en verandert de schildklierfunctie van zowel moeder als kind. Bovendien geeft een verhoogde kans op het krijgen van ADHD, agressief gedrag, impulsiviteit, spraak-, taal- en aandachtsproblemen en bij jongetjes is er zelfs een negatief effect op de testesontwikkeling en zo zijn er meer voortplantingsproblemen.

Wil je zwanger worden dan is stoppen met roken één van de eerste zaken waar je mee moet beginnen, maar pas op met nicotinepleisters. Uit dierproeven is namelijk gebleken dat ook de nicotine van die pleisters veel schadelijke effecten heeft op de hersenontwikkeling van het kind. Daaruit blijkt dat het niet alleen de schadelijke stoffen in de rook zijn die de problemen veroorzaken, maar is het ook de nicotine zelf die ontwikkelingsstoornissen veroorzaakt.

Autisme
Ook voor autisme en PDD-NOS heeft Dick Swaab afwijkende structuren in de hersenen ontdekt. Recent is gebleken dat stoornissen in de vasopressine- en oxytocinesystemen in de hersenen nogal eens blijken voor te komen bij autisme. Bij deze personen zijn er afwijkende bloedspiegels van vasopressine en oxytocine bij autisme gerapporteerd. Ook zijn er minieme genetische veranderingen in de eiwitten gevonden die de boodschappen van vasopressine en oxytocine in de hersenen opvangen. Toediening van oxytocine bij kinderen met autisme verbetert bij hen het 'gedachten lezen' (mimiek afleiden). Deze kinderen kunnen dus op basis van de gezichtsexpressie beter dan voorheen inschatten wat een ander denkt of van plan is. De oxytocine verbetert bovendien het ontdekken van emoties in iemands stem plus het begrijpen van de emotionele betekenis van de intonaties in de taal.

Zowel vasopressine en oxytocine zijn dus betrokken bij de signalen en symptomen van autisme, maar het is vooralsnog veel te vroeg om te stellen dat toedienen ervan zou helpen om alle problemen op te lossen. Dat is een enorme oversimplificatie, schrijft Swaab, want bij sociaal gedrag zijn veel meer neurotransmitters en hersenstructuren betrokken.

Als er ooit een boek is dat u gelezen moet hebben dan is het wel dit boek van Dick Swaab 'Wij zijn ons brein'. Bestel het snel hier: