Jaargang 11
Nummer 01 - januari 2013
Peter van Hogerhuis - ondernemer

N-acetylcysteïne bij Autisme

Ruim één procent van de Nederlanders - ongeveer 190.000 mensen - heeft een vorm van autisme, waaronder (klassiek) autisme, stoornis van Asperger en PDD-NOS. Meerdere studies hebben laten zien dat bij klassiek autisme oxidatieve stress en overmatige prikkeling van zenuwcellen in het spel kunnen zijn. Dit is een van de mogelijke verklaringen die gegeven worden voor veranderingen in het functioneren van zenuwcellen in de hersenen bij personen met autisme. Oxidatieve stress en overmatige prikkeling van neuronen (excitotoxiciteit) gaan hand in hand en houden elkaar in stand.

N-acetylcysteïne heeft zowel antioxiderende eigenschappen als een beschermende werking tegen excitotoxiciteit in het centraal zenuwstelsel. Om die reden onderzochten wetenschappers van de Stanford Universiteit (Californië) het effect van suppletie met N-acetylcysteïne (NAC) bij een aantal kinderen met autisme.

In deze pilotstudie kregen 33 kinderen met autisme gedurende 12 weken óf N-acetylcysteïne (NAC) óf een placebo. De dosering van NAC werd per 4 weken verhoogd van 900 mg per dag naar respectievelijk 2 maal daags 900 mg en 3 maal daags 900 mg.

De kinderen, die deelnamen aan het onderzoek, waren gemiddeld 7 jaar oud (3-10 jaar). Van 29 kinderen konden de gegevens geanalyseerd worden en 25 kinderen voltooiden de gehele studie.

In de NAC-groep was er een significante verbetering in de ABC-score voor het onderdeel prikkelbaarheid/geïrriteerdheid. De ABC-score is een scorelijst voor diverse typen gedragsstoornissen. Prikkelbaarheid kan zich manifesteren in agressie, boosheid, woedeaanvallen of zelfverwondend gedrag.




Handboek PDD-NOS Column: januari 2013

Voor deze gedragsstoornissen krijgen kinderen met autisme vaak antipsychotica voorgeschreven. Deze middelen kunnen ernstige bijwerkingen geven zoals motorische stoornissen, gewichtstoename en andere metabole verstoringen. Bovendien is het de vraag of het voorschrijven van antipsychotica aan niet-psychotische patiënten op de langere termijn geen onherstelbare schade kan toebrengen aan het zich ontwikkelende jeugdige brein.

Verder werden er bij deze kinderen verbeteringen gemeten in repetitief en stereotiep gedrag en in hyperactiviteit. Het NAC-supplement werd goed verdragen en gaf weinig bijwerkingen. De resultaten ondersteunen het mogelijke nut van suppletie met NAC ter verbetering van gedragsstoornissen bij kinderen met autisme en nodigen uit voor verder onderzoek.

De onderzoekers vermoeden dat het effect van NAC enerzijds is toe te schrijven aan de antioxiderende werking enerzijds en anderzijds aan de remming van de glutaminerge neurotransmissie.

Suppletie met N-acetylcysteïne fungeert als bron van cysteïne. Dit helpt om de spiegels van glutathion (een belangrijk antioxidant) in hersencellen te herstellen en op peil te houden. Daarnaast wordt cysteïne omgezet in cystine, dat via activering van een specifiek eiwit (de zogenaamde glutamaat-cystine-antiporter) de overstimulering via glutaminerge receptoren remt.

BRON:
1. Hardan et al: A randomized controlled pilot trial of oral N-acetylcysteine in children with autism in Biological Psychiatry - 2012