Jaargang 15
Nummer 10 - october 2016
Fred de Vries - schrijver

Bullebakken - 2

Bullebakken – onze nieuwe benaming voor pesten onder volwassenen – is een patroon van negatief gedrag dat zich bij voortduring richt op negatieve aandacht en opmerkingen jegens een ander.

Als een leidinggevende een bullebak wijst op zijn gedrag zal deze steevast ontkennen en marginaliseren. De bullebak zal vrijwel altijd claimen dat hij (of zij) verkeerd begrepen is. Het slachtoffer overdrijft en 'heeft de pik op hem in'. De seksueel getinte opmerkingen zijn altijd complimentjes over het uiterlijk die bewust verkeerd worden opgevat.

De bullebak is eigenlijk een zwakkeling, die door anderen kleiner te maken, zelf groter probeert te lijken. Het groepgedrag zorgt er voor dat vele collega's met de bullebak meeheulen om zelf maar geen slachtoffer te worden van diezelfde bullebak. Bullebakken is dus groepsgedrag dat lijkt op het groepsgedrag van hyena's, waar zwakke mannetjes zich scharen rondom de leider en de anderen worden uitgestoten uit de groep.

Het uiteindelijke gevolg is dat een bullebak zichzelf als positief en populair bij collega's acht. Er wordt immers zo vaak gelachen op zijn 'opmerkingen' en 'grappen' die voortdurend ten koste gaan van het slachtoffer. Toch is alles vaak klatergoud, omdat onder dat populaire gedrag een gemankeerde persoonlijkheid schuil gaat. Bullebakken zijn in veel gevallen mensen met een antisociale persoonlijkheidsstoornis[1]. Ze kunnen zich nauwelijks verplaatsen in de gevoelens van anderen en zullen ook zelf nooit de grens ontdekken. Ze zullen dus nooit uit eigen beweging stoppen met hun destructieve gedrag.




Handboek PDD-NOS Column: october 2017

Hoe dient een organisatie dit sluipend gif aan te pakken, is de vraag. In iedere organisatie worden leidinggevenden betaald om – jawel – leiding te geven. Leiding geven betekent niet alleen de opdrachten doorgeven van 'boven naar beneden', maar allereerst een werkomgeving te bewaren of te scheppen waarin iedereen zo effectief mogelijk zijn of haar arbeid kan verrichten. Voortdurend bullebakgedrag zal leiden tot een stijging van stress, waardoor de arbeidsvreugde afneemt en het ziekteverzuim zal toenemen.

Dat alles leidt tot de veelvoorkomende situatie dat een organisatie zal claimen dat ze toch niet het hele team of afdeling kunnen ontslaan en dat het slachtoffer degene is die uiteindelijk overgeplaatst zal worden. Het bullebakgedrag loont dus en zal door die oplossing alleen maar versterkt worden.

De daadwerkelijke oplossing van een probleem lijkt dus lastig, maar is in wezen eenvoudig. Jawel, je kunt een heel team of afdeling inderdaad niet ontslaan of overplaatsen, maar tegelijkertijd kun je het slachtoffer tegenwoordig ook niet eenvoudig tegen zijn of haar wil overplaatsen. De leidinggevende is echter de ontbrekende schakel in dit geheel. Die leidinggevende heeft, ondanks het feit dat deze daarvoor betaald wordt, niet adequaat leidinggegeven.

Wat we dus zien is dat de bullebakken schuldig zijn, maar de leidinggevende is verantwoordelijk voor het negatieve gedrag van zijn ondergeschikten. Dat betekent dat de oplossing voor de hand ligt: plaats de leidinggevende over als sanctie voor het gebrek aan leiding geven.

De hele serie over bullebakken is hier te lezen.

[1] Renda et al: Bullying in early adolescence and its association with anti-social behaviour, criminality and violence 6 and 10 years later in Criminal Behaviour and Mental Health – 2011