Jaargang 17
Nummer 9 - september 2019
Fred de Vries - Auteur

Luchtverontreiniging en Psychische Problemen

Al veel langer is bekend dat luchtvervuiling een van de grootste bedreigingen voor de volksgezondheid is. Alle stoffen, die in overmatige hoeveelheden in de atmosfeer terecht komen kunnen een aanslag op je gezondheid vormen. De wetenschap houdt vooral rekening met geinhaleerde microdeeltjes, stikstofoxides (NOx) en zwaveloxides (SOx). Die microdeeltjes worden door de wetenschap Particle Matter (PM) genoemd en men kijkt vooral naar een tweetal versies: PM10 en PM2.5, waarbij de eerste een doorsnede heeft van 10 micrometer (en kleiner) en de tweede 2,5 micrometer (en kleiner).

De aanslag op je lichaam door deze luchtvervuiling zal uiteraard zorgen voor meer mensen die problemen krijgen met hun luchtwegen plus hart- en vaatziekten, maar ook chronische nierproblemen zijn soms het gevolg van voortdurende luchtverontreiniging.

Maar recent zijn de resultaten van een wetenschappelijk onderzoek verschenen die aanwijzingen opleveren dat luchtvervuiling ook invloed kan hebben op je geestelijke gezondheid[1]. Blootstelling aan luchtvervuiling, zeker in de eerste tien jaar van je leven, kan zorgen voor psychische problemen als depressie en bipolaire stoornis. Het onderzoek gebruikte data uit de US en Denemarken en men ontdekte dat deze problemen twee maal vaker voorkomen in gebieden met een slechte luchtkwaliteit dan in gebieden met schonere lucht.

De onderzoekers concludeerden ook dat Denen, die in vervuilde omgevingen woonden gedurende de eerste tien jaar van hun leven, meer dan twee keer zo'n grote kans hadden op persoonlijkheidsstoornissen en schizofrenie.

De onderzoekers hebben niet even een klein onderzoekje gedaan, maar hebben de Amerikaanse gegevens van de U.S. Environmental Protection Agency (EPA) over landelijke luchtkwaliteit gecombineerd met de Amerikaanse database voor ziektenkostenverzekering, waarin de gegevens van 151 miljoen mensen liggen opgeslagen over de periode van 2003 tot 2013.




Handboek PDD-NOS Column: september 2019

De Deense data bestond uit de gegevens van alle kinderen die in het land tussen 1979 en 2002 geboren waren. Die data kon worden gekoppeld aan de woonplaats van de betrokkene en daarvan wist men de mate van luchtvervuiling.

Op basis van die enorm grote dataset konden onderzoekers tot de conclusie komen dat luchtverontreining in verband kon worden gebracht met het ontstaan van diverse psychische stoornissen bij kinderen. Ze denken dat het zich ontwikkelende brein van een kind bijzonder vatbaar moet zijn voor verstoring door luchtverontreinigende microdeeltjes. Men veronderstelde dat die vervuiling een subklinische ontsteking in de hersenen kon veroorzaken: microdeeltjes zijn namelijk in staat de bloed-hersenbarrière passeren en op op die manier de hersenen bereiken. Daar zal het immuunsysteem proberen de indringers aan te pakken en dat leidt dus tot ontstekingsreacties.

Maar er is ook al de nodige kritiek op het onderzoek. Je kunt de onderzoeksresultaten namelijk ook op diverse andere andere manieren verklaren door bijvoorbeeld te stellen dat kinderen, die in gebieden met een slechte luchtkwaliteit moeten opgroeien, vaak minder gefortuneerde ouders hebben dan kinderen die in een omgeving met heerlijk schone lucht.

De conclusie moet voorlopig dan ook luiden dat het causale verband tussen luchtverontreiniging en psychische problemen een interessante mogelijkheid is. Niets is echter nog zeker en veel meer onderzoek is beslist noodzakelijk.

[1] Khan et al: Environmental pollution is associated with increased risk of psychiatric disorders in the US and Denmark in PloS Biology – 2019. Lees het hele onderzoek hier.